WALLENLOOP NIEUWE STIJL

Toen ik zaterdagmiddag 4 januari na de 62^e Wallenloop in mijn stoel plofte om naar het veldrijden te kijken, vroeg ik me af of de Wallenloop nog jaren op deze manier moet doorgaan. Wie mijn vorige bericht over deze wedstrijd heeft gelezen, weet dat ik er op basis van de laatste edities niet te veel vertrouwen in had, maar nu was het toch wel erg flauwtjes.

Net na 13.00 uur arriveerde ik op het parcours, maar er was weinig volk te zien. Toch was de jeugd al gestart, maar tot 14.30 uur bleef het bijna leeg op de Lange dijk. Bij de hoofdloop gelukkig meer volk en ook meer publiek, maar van spanning was geen sprake. Bij de mannen won Patrick de Vos voor de 3^e keer op rij, maar zijn tijd was 47 seconden langzamer dan vorig jaar en de langzaamste winnende tijd ooit. Logisch, want Patrick liep vanaf het begin alleen en won met bijna een minuut voorsprong. Voor plaats 2 en 3 was er meer spanning, maar dat zag bijna niemand. Vanaf ronde 3 was alles namelijk onoverzichtelijk en wat mij vooral opviel was dat snellere lopers veel last hadden van de gedubbelde lopers. Blijven andere toppers om die reden weg? Bij de vrouwen hetzelfde patroon met in ieder geval nog een parcoursrecord.

Gezien de huidige deelname en ook de opbouw van het deelnemersveld bij de hoofdloop pleit ik voor een andere opzet van de Wallenloop met de bedoeling om de wedstrijd aantrekkelijker te maken voor zowel deelnemers als toeschouwers. Wijk je dan niet af van de traditie? Nee, want er zijn in het verleden al eerder ingrijpende veranderingen geweest. Tot en met 1970 voerde het traject alleen over de Wallen en was de start helemaal aan de andere kant van het parcours.

Sinds 1973 lopen we op het huidige parcours en sinds 1987 met een volledig verharde weg. Daarvoor was een deel nog grint. Een andere grote wijziging is het samenvoegen van wedstrijdlopers en recreanten. Ik weet niet meer vanaf welk jaar, maar gedurende veel jaren was er eerst een wedstrijdloop voor leden van de atletiekbond en daarna een zogenaamde prestatieloop voor iedereen, maar zonder uitslag. Hier konden deelnemers kiezen of ze 1, 2, 3, 4, 5 of 6 rondjes wilden lopen. Een uitkomst voor al de deelnemers die nu 2 keer gedubbeld worden.

Het programma moet m.i. compacter en de hoofdloop moet weer een aansprekende wedstrijd worden, zoals in de jaren 70 en 80 toen er Nederlandse en Belgische toppers aan de start stonden. Een voorbeeld hoe dat zou kunnen:

13.30 uur: alles t/m U 12 over 1 ronde van 1250 meter, waarvan ongeveer 350 meter tot net iets na de versmalling ter hoogte van Beatrixlaan achter een zogenaamde jagermeester. Bij ruim 40 deelnemers eventueel splitsen in 2 groepen.

13.40 uur: alle andere jeugd 1 of 2 ronden zoals nu. De categorie die nu 3 rondjes moest lopen, laten starten bij de ouderen over 4 ronden.

13.55 uur: wedstrijd over 4 ronden of ongeveer 5 km voor iedereen die niet in aanmerking komt voor de eliteloop + de junioren jongens U 18. In de uitslag alleen onderscheid tussen vrouwen en mannen. De langzaamste lopers van nu zijn dan na 35 minuten binnen.

14.30 uur: wedstrijd over de gebruikelijke 6 ronden voor lopers en loopsters die een 10 km binnen de 42/45 minuten kunnen lopen. Je krijgt dan een soort eliteloop van circa 40/50 deelnemers. Dan moet je wel actief “ronselen” en eventueel echte toppers een onkostenvergoeding geven. Verder een aantrekkelijke prijzentafel met voor mijn part geldprijzen voor de beste 10 vrouwen en mannen. Normaal gesproken is iedereen na 32 minuten binnen.

Voordelen:

1. Het complete programma is bijna een uur korter en er is constant iets te zien.
2. Alle wedstrijden op hetzelfde rondje.
3. Bij de eliteloop weinig of geen gedubbelde lopers en daarom overzichtelijker.
4. De 5 km is aantrekkelijk voor minder getalenteerde en oudere lopers en ook hier minder gedubbelde lopers.

Nadelen:

1. Je moet bij de inschrijving controleren of het aangegeven niveau voor de 6 ronden klopt. Om te voorkomen dat te langzame lopers v/m zich inschrijven voor de 6 ronden, stel je een limiet van 27 minuten voor 5 ronden. Wie dan nog aan ronde 6 moet beginnen wordt uit de wedstrijd genomen en niet geklasseerd. 
2. Met geldprijzen e.d. wordt het wel duurder, maar volgens mij is er dan zeker een sponsor.

Natuurlijk zijn er andere varianten te bedenken, maar met het huidige niveauverschil bij wedstrijden zullen we toch iets moeten veranderen om te zorgen dat een klassieker als de Wallenloop geen soort prestatieloop wordt met hooguit 40 ambitieuze en snellere lopers v/m, die zich slalommend een weg moeten banen naar de finish. Foto Martijn Lavooij: Erwin Harmes wringt zich langs gedubbelde lopers.