Blog

SPONSORING: ZINVOL OF AFKNAPPER

Waarom steekt iemand geld in een club of een wedstrijd? Waarschijnlijk vanwege een zekere betrokkenheid. Om reclame te maken voor een bedrijf. Of gewoon uit “liefde voor de sport”. Dat laatste klinkt een beetje sentimenteel en daarom een kleine uitleg.

Atletiek en vooral hardlopen beheerst bijna mijn hele leven. Op mijn 13e werd ik lid van AV’56, maar ook daarvoor trainde ik regelmatig mee. In totaal heb ik sinds 1964 aan ruim 2000 wedstrijden meegedaan. Nu ruim 60 jaar later doe ik soms nog mee aan wedstrijden, maar dat zijn meestal werpnummers. Hardlopen gaat namelijk niet meer zo goed.

Nu ben ik in de gelukkige situatie dat ik van mijn pensioen/AOW goed kan leven en de rest gebruik ik voor een deel om kleinschalige wedstrijdjes te organiseren. Het ondersteunen van een paar andere wedstrijden kan er ook nog wel af. Mijn drijfveer is vooral om de sport op een behoorlijk niveau te houden of weer te krijgen. Dat mankeert er namelijk al jaren aan.

Nu kun je kwaliteit niet eventjes met geld kopen. Zelfs een paar toppers startgeld of een leuk prijzengeld betalen garandeert niet direct een hoogstaande wedstrijd. Je krijgt dikwijls een paar lopers met mooie tijden, maar daarachter minuten niets. Dat voorbeeld zie je elk jaar bij de bekende stadsmarathons, maar ook bij enkele Zeeuwse wedstrijden. We moeten dus zorgen dat de regionale lopers beter presteren en/of gemotiveerd worden om mee te doen en sneller te lopen, te werpen en te springen.

Dat kan door het geven van eerder genoemde geldprijzen, maar vooral door de hardloopwedstrijden anders in te richten. Ik zie nu veel wedstrijden met hetzelfde patroon: een jeugdloop en 2 of 3 afstanden voor iedereen vanaf laten we zeggen 14 jaar. Op dit moment zijn de Zomerlopen en de wedstrijden van het vroegere stratenloopcircuit aan de gang. Behalve bij de Boulevardloop zijn het allemaal rondjes van ongeveer 3 km en is de “hoofdafstand” ongeveer 10 km.

Alleen bij die laatste 4 woorden “hoofdafstand ongeveer 10 km” kun je al vraagtekens zetten. Bij de Zomerlopen is het duidelijk niet altijd de hoofdafstand, want bij de ongeveer 3 en 6 km doen ook goede loopsters en lopers mee en bij de middenafstand zijn zelfs de meeste deelnemers. Er is dus sprake van versnippering en de besten komen niet tegen elkaar uit. Dat is jammer, want alleen op die manier verhoogt het niveau. Met dat laatste zijn veel organisaties helaas helemaal niet bezig.

Echte toppers zie je weinig bij deze wedstrijden en de afstanden zijn altijd bij benadering en nooit exact gemeten. Ik noem dit altijd de “vis noch vlees wedstrijden”, want ook de ondergrond is dikwijls een combinatie van verhard en onverhard. Ik pleit ten eerste voor wedstrijden over goed gemeten courante afstanden op een verhard parcours. Ten tweede voor maximaal 2 afstanden naast een eventuele jeugdloop: een promotieloop van maximaal 5 km voor beginners en lopers die niet meer zo snel kunnen en een hoofdafstand met een duidelijke limiet. En anders mijn formule “bepaalde tijd + rondje afmaken”, zodat iedereen ongeveer tegelijk klaar is.  

En wat is nu de link met mijn sponsoring? Om alles laagdrempelig te houden vraag ik bij de JARO wedstrijdjes geen inschrijfgeld. Alle kosten zijn dus voor mij, maar eigenlijk is dat helemaal niet veel op de manier zoals ik dat organiseer. Met ongeveer 50 deelnemers zijn de vaste kosten € 30, – voor de EHBO, € 15,- voor startnummers + speldjes en € 100,- voor prijsjes/aardigheidje voor alle deelnemers. Dat ik het soms iets duurder maak met voor alle deelnemers een shirt of gratis consumpties bij de JARO 75 loop is niet standaard. Maar met mijn wedstrijdjes bereik in mijn doel ( beter niveau ) nog steeds niet, dus sponsor ik ook op een andere manier.

Ik steek al jaren geld in Goes on Track en dikwijls levert dat mooie atletiek op. Helaas niet altijd. Zo vond ik het 2 jaar geleden allemaal iets minder, maar gelukkig was er vorig jaar een opleving en ook dit jaar gaat dat weer lukken. Zeker als alle regionale atleten zich inschrijven. Maar soms ervaar ik sommige onderdelen als een “afknapper”. Er wordt prijzengeld uitgekeerd voor matige prestaties en op die nummers mis ik ook de deelname van regionale ( sub ) toppers. Dan geef ik de voorkeur aan sponsoring zoals bij de 5000 meter in mei. Geen prijzengeld voor de nummers 1, 2 en 3, maar een premiesysteem waarbij de prestatie wordt beloond. Gevolg: 28 deelnemers kregen een premie, maar er waren bovendien 62 deelnemers aan deze 5000 meter op de baan. Als die allemaal meedoen met de 3000 meter bij Goes on Track 2025, heb je al een mooie deelname.

“Sponsor de jeugd”, hoor ik ook regelmatig. Dat doe ik ook, maar zet er vraagtekens bij. Wat is het rendement? Ervaring leert, dat een groot deel van de jonge atleten de rangen van de senioren nooit haalt. En juist in die categorie moet het gebeuren. Een kampioenschap bij de U 16 is leuk voor de betrokkenen, maar het zegt me niets. En als talentvolle Zeeuwse jeugd vervolgens de Zeeuwse wedstrijden links laat liggen en dus niet meehelpt om de sport te promoten, steek ik daar zeker geen geld in. Om meer leden te krijgen zijn scholierenwedstrijden leuke  initiatieven, maar hier geldt hetzelfde. Wat heb je aan 400 deelnemers van basisscholen bij een scholierencross? Hoeveel worden er lid en nog belangrijker hoeveel doen er dan regelmatig aan wedstrijden mee? Als dat op termijn niets oplevert, kun je er net zo goed mee stoppen en je energie in andere wedstrijden steken.

Clubs hebben bij de volwassenen gebrek aan sprinters, springers en werpers. Zet daar propagandawedstrijden voor op het programma. Ik heb het hier al eens eerder geschreven. Voor teamsporters die het beu zijn, in de zomer iets anders willen of te veel last van blessures hebben kan dit een prima alternatief zijn. Tophandballer Bert de Jonge werd Zeeuws recordhouder kogelstoten/discuswerpen, dus het kan. Kom met een goed plan en misschien kan ik dat sponsoren. De werpdriekamp in november lijkt me een mooi startpunt.

De meeste sponsors zijn waarschijnlijk tevreden als hun naam dikwijls genoemd wordt of in beeld komt. Daar is het mij niet om te doen. Ik vind sponsoren zinvol als het leidt tot kwalitatief betere atletiek. “Probleem” voor sommige organisaties is dat ik me er dan ook mee bemoei. Meestal als goed bedoeld advies, maar als dat weggewuifd wordt en het valt dan allemaal tegen, blijf ik natuurlijk geen geld in een bodemloze put gooien. Voorlopig zie ik echter nog voldoende mogelijkheden voor de Zeeuwse atletiek. Foto AV’56: Veel premies bij een 5000 meter op de baan.